Het deels te koude en vooral veel te natte voorjaar, dat bijna naadloos overging in het begin van de zomer zorgde er ondermeer voor dat sommige boomsoorten maar moeizaam in blad kwamen. Dat was vooral heel goed te zien aan de platanen.
En dat zorgde dan weer voor de nodige verontruste telefoontjes naar de regionale bomenwerkgroep. Zeker toen een deel van de bladeren die al aan de bomen zaten ook nog loslieten. Maar dat was meteen het begin van het herstel van de platanen. De wind, die soms flink de kop op stak, juist aan het begin van die droge en warme week einde juni blies namelijk alleen de door schimmel aangetaste bladeren van de bomen. En die warme week bleek precies voldoende om de platanen hun ‘tweede adem’ te geven. Dat is het gebruikelijke beeld als er in een zomer ineens een droge en iets warmere periode voorbij komt. Vaak komen ze dan binnen drie weken alsnog vol in blad te staan.
‘Goede tweede helft’
Platanen, maar ook sommige andere boomsoorten hebben het in een jaar met een te koud en (veel) te nat voorjaar altijd moeilijk. (Dat geldt o.a. ook voor Robinia’s, noten- en honingbomen.) Soms is dat reden voor paniek bij de eigenaren, zeker als er dan ook nog bladeren beginnen te vallen midden in de zomer. Maar dat gaat dus meestal gelijk op met een drogere en warme periode. Als het voetbal was kan men dus gerust stellen dat o.a. platanen, maar ook andere soorten die liever wat warmer weer hebben vrijwel altijd een ‘sterke tweede helft spelen’. Elk weertype in het voorjaar heeft effect op de verschillende soorten bomen in de zomer. Dat is altijd zo geweest en die effecten zijn normaliter altijd tijdelijk