Water Natuurlijk heeft een warm hart voor boeren. Omschakeling naar teelten die minder belastend zijn voor het watermilieu is nodig. Minder belasting is goed voor de doelen van het waterschap en in het belang van de gezondheid van mens en milieu. Water Natuurlijk wil boeren die hieraan werken financieel steunen en stimuleren.
Het Louis Bolk Instituut doet al 45 jaar onderzoek naar duurzame landbouw, voeding en gezondheid. Daarbij zijn de natuur en de pioniers onder boeren een inspiratiebron. Met praktijkgerichte kennis helpen ze boeren met verduurzamen. Aan het woord is Merel Hondebrink, onderzoeker Duurzaam bodembeheer van het Louis Bolk Instituut.
Motivatie
De motivatie van boeren is de basis van verduurzaming. Financiële steun kan daarbij helpen.
Merel:
“Door maatschappelijke druk en beleid moeten gangbare bedrijven meer richting duurzaamheid gaan bewegen. Hier is veel te leren van onder andere de boeren wiens bedrijven op biologische leest zijn geschoeid. Eerst werd alleen aan productie gedacht, nu is meer en meer duurzaamheid aan de orde. Gelukkig worden steeds meer boeren zich bewust van dit feit.
Het is voor hen lastig om over te stappen naar een andere bedrijfsvoering, mede omdat zij ‘vast’ zitten in een bepaald economisch systeem: financiële haalbaarheid is dan afhankelijk van de schaalgrootte. Hierdoor ontstaan er grotere bedrijven die onpersoonlijker werken. Schaalvergroting is niet altijd goed voor duurzaamheidsdoelen. Het wordt voor boeren steeds moeilijker om geld te verdienen er is veel regel- en papierwerk naast het fysieke deel van het boer zijn.
Het is voor ons belangrijk om in gesprek te komen met de boer zelf. Aan de keukentafel kunnen ze aangeven waar ze energie van krijgen: bodemkwaliteit, insecten of juist de vogels of juist een heel technische boer die meer naar precisie landbouw wil. Door dit gesprek aan te gaan krijg je een beter beeld wat er leeft. Als je hoort waar ze allemaal tegenaanlopen, kan je samen naar oplossingen zoeken.”
Bodem voor waterbeheer
Een goed functionerende bodem is belangrijk voor de productie van voedsel. Het is ook goed voor het waterbeheer. In agrarische bodems kan CO2 worden opgeslagen en dat helpt om de gevolgen van klimaatverandering te beperken. Zo’n bodem kan ook veel water bevatten en dat helpt extreme neerslag op te vangen.
Merel:
“Als je een goede bodem hebt, kan deze als een spons piekbuien opnemen. Er zijn steeds meer partijen bezig om te kijken hoe je collectief water kunt bergen in een gebied. Collectief met een aantal boeren iets aanwijzen. Dat wordt in Zeeland gedaan. De vraag is dan, hoe brengt je dat water weer terug naar de verschillende percelen van dat collectief.
Er wordt sinds een aantal jaar onderzoek gedaan naar de opslag van CO2 in agrarische bodems. Wat steeds belangrijker wordt in combinatie met koolstofvastlegging is het gebruik van reststromen. In ons land komen zo’n 33 vrachtwagens koffiedik per dag beschikbaar. Dit kan mogelijk als bodemverbeteraar gebruikt worden en kunstmest deels vervangen. Kunstmest is duur en de productie vraagt veel energie.
Veel boeren hebben interesse in bodemkwaliteit, in de structuur de doorworteling, dat kan je correleren met water, dat je integraal meeneemt. De eerste focus ligt op bodem. Het is zaak vooral de interesse van de boeren gebruiken, de weg naar doel maakt niet uit, als je er maar komt. Je kunt niet anders werken dan integraal. Het zijn allemaal systemen in een groter systeem. Gebiedsgerichte aanpak gaat daarom steeds belangrijker worden. In onder andere het Buijtenland van Rhoon werkt het Louis Bolk Instituut hieraan. Samen met boeren, natuurbeschermers en overheden. De vraag is dan hoe kan je dat effectief inzetten, hoe ga je met z’n allen dezelfde kant op. Een mooie uitdaging.”
Initiatieven als het Buijtenland van Rhoon dragen bij aan de gezondheid van mensen en een beter milieu, dit is ook een taak van het Waterschap. Om deze reden verdienen dit soort initiatieven financiële steun van het Waterschap